Het percentage deelnemers (47%) dat minstens 5% gewicht verloor, is hoger aan het einde van het gehele GLI-traject dan na de eerste fase. Dat blijkt uit het nieuwste rapport van het RIVM over de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI). Dat laat ook zien dat deelnemers na afloop van het traject ook hun kwaliteit van leven fors hoger waarderen. BLCN: “We zijn vooral blij met de verbetering van de kwaliteit van leven.”
Na de eerste fase, het behandeltraject van 9 maanden, had 32% van de deelnemers een gewichtsverlies van minimaal 5%. Na de tweede fase was dit opgelopen naar 47%. De resultaten van de eerste fase blijven daarmee behouden, of verbeteren zelfs tijdens de tweede fase. Een gewichtsverlies van minimaal 5% kan volgens de richtlijn Overgewicht en Obesitas als een betekenisvol verschil gezien worden. Naast het gewichtsverlies verbeterde ook de kwaliteit van leven verder na het behandeltraject. Tijdens de eerste fase kreeg de kwaliteit van leven 7,5 punten meer (op een schaal van 0 tot 100). Dit groeide door naar een stijging van 12,9 punten aan het einde van het programma. Deze forse stijging laat zien dat de GLI meer impact heeft dan op gewichtsverlies alleen.
De BLCN is erg blij met deze resultaten. Beleidsadviseur Sione Brugman: “We zijn vooral blij met de verbetering van de kwaliteit van leven die doorzet in de onderhoudsfase. Dat maakt dat deelnemers aan de GLI ook meer veerkracht en motivatie hebben om de gezonde leefstijl na het traject voort te zetten. Afvallen nadat je al je hele leven te zwaar bent, is heel lastig. Maar dat de deelnemers naast het gewichtsverlies ook de kwaliteit van leven zoveel zien verbeteren, is een mooie bijvangst. Zeker net zo belangrijk als gewichtsverlies, of misschien wel belangrijker?”